Skip to main content

Op Prinsjesdag heeft het kabinet de maatregelen voor 2025 (en verder) aangeboden aan de Tweede Kamer. Hieronder een overzicht van de belangrijkste plannen voor de woningmarkt:

 

Overdrachtsbelasting
Voor de aankoop van een woning die gekocht wordt om zelf in te gaan wonen blijft het bestaande verlaagde tarief van 2% overdrachtsbelasting van toepassing. Ook blijft de startersvrijstelling bestaan. Dit houdt in dat starters op de woningmarkt (die aan de voorwaarden voldoen) geen overdrachtsbelasting hoeven te betalen bij de aankoop van een woning. Echter gaat de overdrachtsbelasting voor o.a. een tweede woning, verhuurders en projectontwikkelaars per 1 januari 2026 omlaag naar 8% (was 10,4%). Dit is momenteel nog een plan, het kabinet heeft dit plan nog niet uitgewerkt in een wetsvoorstel. Dit komt later.

 

Woningwaardegrens vanaf 2025 naar €525.000
Eén van de voorwaarden om gebruik te kunnen maken van de startersvrijstelling op de overdrachtsbelasting is dat de koopsom een bepaald bedrag niet mag overstijgen, de zogeheten woningwaardegrens. Voor het jaar 2025 wordt de woningwaardegrens verhoogd van €510.000,- naar €525.000,-. Huizenkopers tussen 18 en 35 jaar betalen tot deze grens onder voorwaarden geen overdrachtsbelasting voor een woning. De woningwaardegrens betreft het totaal van de waarde van de woning en de tot die woning behorende aanhorigheden. Is de koopsom in 2025 hoger dan €525.000? Dan bestaat er geen recht op de startersvrijstelling. Wil men gebruik maken van de verhoging, dan moet de overdracht van de woning na 31 december 2024 plaatsvinden. Het moment van het ondertekenen van de koopovereenkomst is daarbij niet van belang.

 

Nieuwbouw
Voor nieuwbouw worden nieuwe plekken aangewezen waar na 2030 grote nieuwbouwwijken komen. Daarnaast wil het kabinet meer kant-en-klare (Prefab) huizen uit de fabriek inzetten. Voor 2030 wil het kabinet dat er 290.000 woningen voor ouderen worden gebouwd.

 

Kooprecht huurders
Huurders krijgen het recht om het huis dat zij huren te kopen. Het kabinet onderzoekt nog tegen welke voorwaarden dit kooprecht moet gaan gelden.

 

Beëindiging salderingsregeling per 1 januari 2027
De beëindiging van de salderingsregeling betekent dat de terug geleverde elektriciteit niet langer met de hoeveelheid verbruikte elektriciteit kan worden verrekend. Het bestaande belastingvoordeel voor teruggeleverde elektriciteit vervalt eveneens vanaf 2027. Het ligt daarom in de lijn der verwachting dat zonnepaneelbezitters vanaf 2027 meer zelfopgewekte elektriciteit gaan verbruiken. Hierdoor wordt tevens verwacht dat op zonnige momenten minder elektriciteit terug wordt geleverd en op piekmomenten minder elektriciteit van het net wordt afgenomen.

 

Huurtoeslag
De huurtoeslag wordt versimpeld. De inkomensafhankelijke afbouw van de huurtoeslag wordt gelijkmatiger. Hierdoor kunnen ontvangers beter inschatten welk effect een inkomensstijging heeft voor hun huurtoeslag. Zodoende hebben zij meer zekerheid over de hoogte van hun besteedbare inkomen. Daarnaast gaat een deel van de ontvangers er op vooruit omdat hun huurtoeslag minder snel afneemt wanneer hun inkomen toeneemt. Dit voorstel draagt bij aan het terugdringen van armoede, vereenvoudigen van toeslagen en het meer laten lonen van werken. De huidige ontvangers gaan er in 2025 gemiddeld €141,- per jaar op vooruit. Vanaf 2026 zal dit gemiddeld zelfs €316,- per jaar zijn (ten opzichte van 2024).

 

Veel van bovengenoemde maatregelen (met uitzondering van de verhoging van de woningwaardegrens) zijn plannen en moeten nog worden aangenomen door de Eerste en Tweede kamer.